Archief voor de ‘Eifelnieuws’ Categorie
Afgelopen weekend zijn we weer naar Rockeskyll (bij Gerolstein) in de Vulkaaneifel gereden, het was immers prachtig weer.
En het was niet voor niets … Meteen bij aankomst zag ik de eerste Rode Wouwen cirkelen op de thermiek, hoog boven ons huis.

Alle foto’s kun je groter bekijken door erop te klikken, ook de foto’s in de cirkels.
Na dit veelbelovende eerste avontuur ben ik aan de wandel gegaan. Het was een hele tijd geleden dat ik bij het riviertje de Kyll geweest was dus daar wil ik naar toe.
Het is er ten opzichte van vorig jaar zomer flink dichtgegroeid. Tot sommige plekken kan ik bijna niet meer doordringen door het hoge riet en andere planten. Het lukt me toch om bij de rivier te komen en daar kan ik lekker in de schaduw gaan zitten afwachten wat er aan me voorbij gaat komen.

De witte glinsterende plekken in het water zijn heel veel kleine witte bloemetjes.

En op deze plek wemelt het van de Bosbeekjuffers. In Nederland zien we vrijwel alleen maar Weidebeekjuffers en die zie je hier helemaal niet. Het verschil zit hem in de donkere vleugels. Bij de Bosbeekjuffer zijn ze helemaal gekleurd en bij de Weidebeekjuffers zit er op het eind van de vleugel nog een transparant gedeelte. De vrouwtjes zijn bij de Bosbeekjuffer goudbruin en bij de Weidebeekjuffer groen.
Ze zijn maar druk. Vliegen razendsnel over het water en hier in de schaduw kan ik ze maar niet mooi fotograferen. Dan zie ik een stelletje dat druk is met elkaar en die willen daarom wel even stilzitten. Maar dan wel op een onmogelijke plek waar ik bijna niet kan staan. Daarom niet helemaal een zuivere foto.

Na een tijdje besluit ik eens een stukje verderop te gaan kijken. Ik loop door het struikgewas en moerassige bodem en dan wordt de begroeiing opeens minder. Alles laag bij de grond, ha, dat loopt een stuk gemakkelijker. Hier groeit er overal klaver en er vliegen heel veel Klaverblauwtjes. Dat zijn toch wel héle kleine vlindertjes. Ik heb er helaas geen mooie foto’s van kunnen maken.
Opeens landt er een groot beest op mijn broek. Een enorme vlieg die er niet uitziet als een vlieg. Het is een Gele Hommelroofvlieg.

En even later zie ik nog wat moois. Een vrouwelijke Zuidelijke Oeverlibel.

Geen mannetjes te bekennen, dat was vorig jaar wel even anders.
Ik ga weer naar de rivier en zoek wederom een schaduwrijk plekje op. Mocht het in Nederland 30 graden zijn … Hier is het maar liefst 36 graden. Niet echt een aanrader dus om in die hete zon te blijven lopen.
Over een paar grote stenen klauter ik naar beneden en dan zie ik in een ooghoek iets bewegen. Hè, een Waterspreeuw !!….

Nu durf ik me niet meer te bewegen want dan vliegt hij gegarandeerd weg …. Hoe ongemakkelijk ik hier ook sta, ik schiet een paar foto’s die niet optimaal zijn maar beter dan niets.


Ondertussen ben ik toch heel blij gestemd met zo’n onverwachte ontmoeting.
Ik begin aan de terugweg en zet dan nog een Metaalvlinder op de foto … Volgens mij is deze al een beetje aan het eind van zijn Latijn want hij is een beetje vaal.
Zo, dat was weer genieten, ondanks de hitte. Een zeldzame Zuidelijke Oeverlibel en een Waterspreeuw in dezelfde twee uurtjes. Was dat maar altijd het geval 🙂
# # # # #
Afgelopen zaterdag ging mijn wandeling naar de lavagroeve van Rockeskyll in de vulkaaneifel. Ik was er dit jaar nog niet geweest. De route er naar toe ging door de velden met op afstand wat bosjes met beginnende herfstkleurtjes.

Op de asfaltweg in de zon zaten vele insecten, lekker warm waarschijnlijk. Van mij en mijn camera waren ze echter niet gediend, behalve deze sprinkhaan … Die was blijkbaar wat nieuwsgieriger aangelegd dan de rest.

Op een donkerder stukje van de route, al in het bos, zijn onwaarschijnlijk veel soorten paddenstoelen te zien. Ik heb er geen verstand van, en ook geen zin om al die soorten te gaan fotograferen. Een paar die ik wel aardig vond nam ik wel even mee om op te zoeken, zonder resultaat want dat is bijna niet te doen als je er geen verstand van hebt.
Dit zal één van de vele soorten schijfjeszwammen zijn. Denk ik, zeg ik met nadruk.

Dan kom ik eindelijk bij de lavagroeve. Mooie kleuren en verschillende lagen zijn goed te zien.


Een grote groep zwammen trekt wel mijn aandacht … Zijn het trechterzwammen? Geen idee, maar de groene kleur deed mij denken dat deze er wel heel giftig uitzien. Of dat zo is weet ik niet hoor!

In het bos kom ik op een plekje waar duidelijk geen zon doordringt. Het is er donker en nat. En hoewel het al later in de middag is, is hier alles nog met dauw bedekt.


Op deze nazomerse mooie dag heb ik geen zin in natte voeten, hier blijf ik dus niet lang hangen. Terug naar de lava, want hier sta ik plots vlak voor een hoge wand met mooie laagjes lava.


Terug in de zon zie ik een bij en een vlieg op een bloem zitten. Geen ruzie, maar wel concurrentie. Ze willen allebei precies hetzelfde slokje nectar hebben.

Dan zit mijn rondje om de groeve er weer op. Langs een maisveld met uitzicht ga ik terug naar huis. Het begint te bewolken, de zon is weg en het wordt meteen fris. Ach, dat geeft niet … Ik heb genoten.

Een allegaartje aan foto’s in dit blog.
Mijn man en ik waren de eerste week van oktober in de Vulkaaneifel. Het was er mooi weer en dat nodigde uit om te gaan wandelen. Ik was net op pad toen ik een bekend geluid hoorde …. Kraanvogels.
Een kleine groep van 24 vogels vloog over richting zuiden.

De trek is blijkbaar weer begonnen, ben benieuwd of het weer zo’n enorme aantallen gaan worden als in het voorjaar.
In het veld trof ik behalve vlinders ook een kever op het zwart knoopkruid. Deze kever heb ik al eens eerder gezien en heet Oxythyrea funesta . In Nederland heel zeldzaam, maar hier in de Eifel niet.

Deze kever behoort tot dezelfde familie als de penseelkever en dat zie je ook wel een beetje.

Landschappelijk gezien is er niet veel aantrekkelijks hier en het is al te koud voor veel insecten.
De volgende dag gaan we naar het historische stadje Kronenburg. Het is al heel oud met huizen uit de 16e eeuw. Als we er aankomen parkeren we op een drukke parkeerplaats ons autootje.

Het lijkt druk te zijn in Kronenburg, maar het blijkt er bijna uitgestorven te zijn. Alle winkeltjes zijn gesloten en waar zullen al die mensen van al die auto’s toch uithangen?

Geen idee. Het zijn mooie oude huizen … maar er is toch niet veel te zien.

We klimmen nog omhoog om de berg ruïne te bekijken, maar dat bleek niet de moeite. 3 Stenen pilaren was alles wat er over was van de ruïne. Het aardigst was nog wel het uitzicht dat je er had.

Ook de Kronenburgersee (het meer) konden we niet bezoeken want toevallig hadden ze dat net helemaal drooggelegd en waren baggermachines er aan het werk. Jammer maar helaas.
Bij thuiskomst zag ik toch nog wel wat leuks, wederom een kever … maar toch.

Eventjes had ik de hoop dat het de zeer zeldzame goudglanzende loopkever was. De kleur, het halsschild en de grote van het beest klopte allemaal. Alleen de tekening van rugschilden klopte niet. Dat maakt deze kever tot de iets minder zeldzame Carabus cancellatus .
Vliegen kon die niet meer denk ik, en probeerde uit alle macht in de mossige bodem te kruipen.

Weer een dag later was het weer nog steeds prima en besloten we naar de vulkaanmeren in de omgeving van Daun te rijden. Die meren heten maren.

Eigenlijk waren we net 2 weken te vroeg hier denk ik. Het zal er inmiddels heel mooi zijn met herfstkleuren.


Aan de andere kant van de weg ligt nog een Maar, met een dorpje er aan vast.

Mooi is het hier, ga ik zeker nog eens naar terug voor een flinke wandeling.
Het is nog vroeg en daarom besluiten we naar de Moezel te rijden. Naar Zell am Mozel.

Veel wijnwinkels en antiekwinkeltjes hier. Eetgelegenheden en toeristische winkels.
We lopen een tijdje door de straatjes en gaan dan van die overheerlijke Duitse taart eten. Omdat ik geen keuze kon maken heb ik maar liefst twee stukken genomen, met uitzicht op de kerk met zijn historische mozaiek die de hele geschiedenis verbeeld van Zell.


We wandelen terug naar de auto langs de Moezel.


Dit was toch een mooi uitstapje.
Wat eten vossen zoal?
Deze vos is op zoek naar een maaltje, maar wat zoekt die eigenlijk? …

In een weiland, zo onbeschermd zal die niet veel meer kunnen vinden dan muizen of mollen. Niet echt maag vullend volgens mij.

Maar … plotseling zie ik een hertje op de vlucht slaan, een tiental meters van de vos vandaan.

Ook dit hertje lag dus in het weiland, onzichtbaar in het gras

Ze hebben beiden in elk geval een goede neus, want ze roken elkaar … Het hertje is veilig weggekomen.
Geen wonderschone fotoserie deze keer maar wel een spannend tafereeltje. De afstand was ruim 150 meter tussen mij en dit gebeuren.
In de ochtend is er mist … nevelflarden die het landschap een heel ander aanzien geven.

Maar het wordt daarna wel zonnig en blauw.
Zodra het zonnetje ’s ochtends ook maar iets te voorschijn komt, zijn er twee puttertjes van de partij.

Mooie vogeltjes die op het uitgebloeide onkruid af komen. Eigenlijk zou je dat dus niet moeten weghalen … maar het misstaat een beetje. Dat dorre spul is lelijk, maar wel attractief voor allerlei zaadeters.

De foto’s zijn genomen door een nogal vies raam … uhumm, geen tijd om ramen te lappen.

Zodra de mist helemaal weg is, komen ook de rode wouwen in aktie.

Afgelopen donderdag was de eerste nachtvorst een feit. Het gras was helemaal wit.

Het is en blijft toch een mooi uitzicht.
