Archive for the ‘vulkaaneifel’ Tag
Afgelopen zaterdag ging mijn wandeling naar de lavagroeve van Rockeskyll in de vulkaaneifel. Ik was er dit jaar nog niet geweest. De route er naar toe ging door de velden met op afstand wat bosjes met beginnende herfstkleurtjes.

Op de asfaltweg in de zon zaten vele insecten, lekker warm waarschijnlijk. Van mij en mijn camera waren ze echter niet gediend, behalve deze sprinkhaan … Die was blijkbaar wat nieuwsgieriger aangelegd dan de rest.

Op een donkerder stukje van de route, al in het bos, zijn onwaarschijnlijk veel soorten paddenstoelen te zien. Ik heb er geen verstand van, en ook geen zin om al die soorten te gaan fotograferen. Een paar die ik wel aardig vond nam ik wel even mee om op te zoeken, zonder resultaat want dat is bijna niet te doen als je er geen verstand van hebt.
Dit zal één van de vele soorten schijfjeszwammen zijn. Denk ik, zeg ik met nadruk.

Dan kom ik eindelijk bij de lavagroeve. Mooie kleuren en verschillende lagen zijn goed te zien.


Een grote groep zwammen trekt wel mijn aandacht … Zijn het trechterzwammen? Geen idee, maar de groene kleur deed mij denken dat deze er wel heel giftig uitzien. Of dat zo is weet ik niet hoor!

In het bos kom ik op een plekje waar duidelijk geen zon doordringt. Het is er donker en nat. En hoewel het al later in de middag is, is hier alles nog met dauw bedekt.


Op deze nazomerse mooie dag heb ik geen zin in natte voeten, hier blijf ik dus niet lang hangen. Terug naar de lava, want hier sta ik plots vlak voor een hoge wand met mooie laagjes lava.


Terug in de zon zie ik een bij en een vlieg op een bloem zitten. Geen ruzie, maar wel concurrentie. Ze willen allebei precies hetzelfde slokje nectar hebben.

Dan zit mijn rondje om de groeve er weer op. Langs een maisveld met uitzicht ga ik terug naar huis. Het begint te bewolken, de zon is weg en het wordt meteen fris. Ach, dat geeft niet … Ik heb genoten.

Een allegaartje aan foto’s in dit blog.
Mijn man en ik waren de eerste week van oktober in de Vulkaaneifel. Het was er mooi weer en dat nodigde uit om te gaan wandelen. Ik was net op pad toen ik een bekend geluid hoorde …. Kraanvogels.
Een kleine groep van 24 vogels vloog over richting zuiden.

De trek is blijkbaar weer begonnen, ben benieuwd of het weer zo’n enorme aantallen gaan worden als in het voorjaar.
In het veld trof ik behalve vlinders ook een kever op het zwart knoopkruid. Deze kever heb ik al eens eerder gezien en heet Oxythyrea funesta . In Nederland heel zeldzaam, maar hier in de Eifel niet.

Deze kever behoort tot dezelfde familie als de penseelkever en dat zie je ook wel een beetje.

Landschappelijk gezien is er niet veel aantrekkelijks hier en het is al te koud voor veel insecten.
De volgende dag gaan we naar het historische stadje Kronenburg. Het is al heel oud met huizen uit de 16e eeuw. Als we er aankomen parkeren we op een drukke parkeerplaats ons autootje.

Het lijkt druk te zijn in Kronenburg, maar het blijkt er bijna uitgestorven te zijn. Alle winkeltjes zijn gesloten en waar zullen al die mensen van al die auto’s toch uithangen?

Geen idee. Het zijn mooie oude huizen … maar er is toch niet veel te zien.

We klimmen nog omhoog om de berg ruïne te bekijken, maar dat bleek niet de moeite. 3 Stenen pilaren was alles wat er over was van de ruïne. Het aardigst was nog wel het uitzicht dat je er had.

Ook de Kronenburgersee (het meer) konden we niet bezoeken want toevallig hadden ze dat net helemaal drooggelegd en waren baggermachines er aan het werk. Jammer maar helaas.
Bij thuiskomst zag ik toch nog wel wat leuks, wederom een kever … maar toch.

Eventjes had ik de hoop dat het de zeer zeldzame goudglanzende loopkever was. De kleur, het halsschild en de grote van het beest klopte allemaal. Alleen de tekening van rugschilden klopte niet. Dat maakt deze kever tot de iets minder zeldzame Carabus cancellatus .
Vliegen kon die niet meer denk ik, en probeerde uit alle macht in de mossige bodem te kruipen.

Weer een dag later was het weer nog steeds prima en besloten we naar de vulkaanmeren in de omgeving van Daun te rijden. Die meren heten maren.

Eigenlijk waren we net 2 weken te vroeg hier denk ik. Het zal er inmiddels heel mooi zijn met herfstkleuren.


Aan de andere kant van de weg ligt nog een Maar, met een dorpje er aan vast.

Mooi is het hier, ga ik zeker nog eens naar terug voor een flinke wandeling.
Het is nog vroeg en daarom besluiten we naar de Moezel te rijden. Naar Zell am Mozel.

Veel wijnwinkels en antiekwinkeltjes hier. Eetgelegenheden en toeristische winkels.
We lopen een tijdje door de straatjes en gaan dan van die overheerlijke Duitse taart eten. Omdat ik geen keuze kon maken heb ik maar liefst twee stukken genomen, met uitzicht op de kerk met zijn historische mozaiek die de hele geschiedenis verbeeld van Zell.


We wandelen terug naar de auto langs de Moezel.


Dit was toch een mooi uitstapje.
Wat eten vossen zoal?
Deze vos is op zoek naar een maaltje, maar wat zoekt die eigenlijk? …

In een weiland, zo onbeschermd zal die niet veel meer kunnen vinden dan muizen of mollen. Niet echt maag vullend volgens mij.

Maar … plotseling zie ik een hertje op de vlucht slaan, een tiental meters van de vos vandaan.

Ook dit hertje lag dus in het weiland, onzichtbaar in het gras

Ze hebben beiden in elk geval een goede neus, want ze roken elkaar … Het hertje is veilig weggekomen.
Geen wonderschone fotoserie deze keer maar wel een spannend tafereeltje. De afstand was ruim 150 meter tussen mij en dit gebeuren.
In de ochtend is er mist … nevelflarden die het landschap een heel ander aanzien geven.

Maar het wordt daarna wel zonnig en blauw.
Zodra het zonnetje ’s ochtends ook maar iets te voorschijn komt, zijn er twee puttertjes van de partij.

Mooie vogeltjes die op het uitgebloeide onkruid af komen. Eigenlijk zou je dat dus niet moeten weghalen … maar het misstaat een beetje. Dat dorre spul is lelijk, maar wel attractief voor allerlei zaadeters.

De foto’s zijn genomen door een nogal vies raam … uhumm, geen tijd om ramen te lappen.

Zodra de mist helemaal weg is, komen ook de rode wouwen in aktie.

Afgelopen donderdag was de eerste nachtvorst een feit. Het gras was helemaal wit.

Het is en blijft toch een mooi uitzicht.

Een weekje er tussen uit in de Vulkaaneifel heeft heel veel bijzonders opgeleverd.
Waar moet ik beginnen? Met de uitgebreide soorten insecten die ik weer kan toevoegen aan mijn archief? Of met de vogeltjes? De vogeltjes waren flink in de minderheid in de voorraad foto’s dus laat ik daar maar mee beginnen.

Dit vogeltje met een spanwijdte van ong. 1 meter 75 heeft zo te zien net een kleine prooi gevangen. Hij vloog er een heel eind mee naar een bos, dus ik denk dat het voer voor de jonge rode wouwtjes is.

Ik heb er heel wat afgewandeld en tijdens de eerste wandeling zag ik een grauwe klauwier. Toen kreeg ik hem niet op de foto maar twee dagen later wel. Hij was op dezelfde plek aanwezig dus waarschijnlijk is er een nest in de buurt.

Het is er zeer rumoerig, niet door herrie maar door allerhande zangertjes.
Een daarvan heb ik op de foto … een zanglijster die erg zijn best doet met zijn liedjes.

Om toch maar al een begin te maken met de reeks insecten … Een mooie libel, die ik in Nederland nog niet ontmoet heb. Ze komt hier wel voor maar is hier wel zeldzaam. In Duitsland niet.

Het is een Zuidelijke oeverlibel, hiervan zag ik er twee. Deze is mooi geel maar nr. 2 was iets meer aan de beige kant. Van de beige kon ik een mooie close-up maken.

Voor nu laat ik het hier even bij … binnenkort meer bijzondere beestjes.